De route vertrekt in Vaurs, een gehucht van Labesserette, waar je een karaktervolle vakantiewoning met vrij uitzicht kan huren.
Via kleine, kronkelende wegen met hier en daar een haarspeldbocht verlaten we de Aubrac en klimmen stilaan naar de bergen van de Cantal. Bossen en open landschap wisselen elkaar af. Hier en daar kom je in of langs een klein dorpje: een paar huizen, een kerkje, enkele boerderijen…

De Col de la Grifoul (RP 8) is de vierde hoogste pas in Cantal met een hoogte van 1.336 m. De Col verbindt de vallei van de Epie met de vallei van Brezons. Het is enorm en majestueus.
De Col de Prat de Bouc (RP 9) is een van de karakteristieke plekken van Cantal. Gelegen op een hoogte van 1.392 m is de site majestueus in de vorm van een circus. Het ligt ten oosten van Plomb du Cantal.
De Buron van de Col de Prat de Bouc verwelkomt u in een authentieke en warme omgeving. Je kan er regionale specialiteiten zoals truffels, vleeswaren van lokale producenten, de pashade en bosbessentaart ... proeven.
Een laatste col voor je afdaalt naar Murat is de Col de la Molède (1329 m) (RP 10). Bij het opdraaien van de N122 naar links, kan je hier een lunchstop houden. In de Le Relais des Trois Rochers (RP 12) kan je zeer lekker eten.

Het kasteel van Anterroches (RP 13) is een middeleeuws kasteel en zie je aan je rechterkant bij het verlaten van Murat. Gebouwd in de middeleeuwen, werd het aanzienlijk gewijzigd in de negentiende eeuw in de troubadourstijl met kantelen, torentjes en verticale raamstijlen.
Je volgt de N122 gedurende een drietal kilometer om dan rechtsaf te slaan naar de Pas de Peyrol. In Dienne kan je het Château de la Cheyrelle (RP 16) bewonderen. Het is nu een hotel maar het is ook te bezoeken. In 2020 waren er wel herstellingswerken waardoor het tijdelijk niet te bezoeken was. Raadpleeg dus best eerst even de website (link hieronder). Het Château de la Cheyrelle, gelegen op een hoogte van 1.100 m, is een herenhuis gebouwd in de 19e eeuw op de fundamenten van een oude middeleeuwse schuur waar de landbouwactiviteit doorging tot in de jaren negentig. Maar het was aan het begin van de 20e eeuw, tussen 1903 en 1905, dat het kasteel zijn definitieve vorm en zijn uniciteit kreeg met de transformatiewerkzaamheden. Het kasteel werd zowel binnen als buiten ingericht door de Belgische binnenhuisarchitect Serrurier-Bovy, van 1903 tot 1905, waarop hij zijn esthetische theorieën (duidelijkheid, rationaliteit, functionalisme) toepaste.

Col d'Eylac (RP 18) is een bergpas op een hoogte van 1.442 m De weg naar de top is behoorlijk steil (een maximale helling van 15%).
Nog een paar bochten en je bent op de Pas de Peyrol (1598 m) (RP 19). De weg is gekend als de hoogste doorgaande weg van het Centraal Massief. De pasweg gaat over een kam tussen de Puy Mary (1783 m) en de Puy de la Tourte (1704 m) en vormt een verbinding tussen de valleien van de Mars en de Santoire, twee rivieren die zich diep hebben ingesneden in de flanken van de oude stratovulkaan van de Cantal (de grootste stratovulkaan van Europa). Vanaf de col vertrekt een betonnen pad naar de top van de Puy Mary.
Via een mooie afdaling en prachtige zichten rijdt je naar de Col Croix de Cheules (907 m) (RP 24). Er is een gelijknamige brasserie waar je kan proeven van hun snacks, pannenkoeken, wafels, ijsjes of gewoon om even ontspannen rond een thee, een kopje koffie of iets anders ...

Je rijdt nu verder richting Aurillac langs slingerende wegen met een paar haarspeldbochten.
Het kasteel van Conros (RP 30), historisch Monument gelegen in Arpajon-sur-Cère, is een elegant middeleeuws pand verbouwd in de Renaissance, dat vanaf zijn rotspunt heerst over een meander van de Cère. Wordt sinds 1130 bewoond, en omvat een indrukwekkende burchttoren, twee ronde torens waarvan een met uitgekraagde gaanderij en een hoofdgebouw. In het kasteel van Conros is het volksmuseum voor kunst en traditie van de Cère-vallei gevestigd. Ondergebracht in de voormalige keukens wordt hier een beeld gegeven van het landelijke leven in de 19de eeuw, en biedt tevens een permanente tentoonstelling over parfums. Onder zijn indrukwekkende lauzedak, één van de grootste in Cantal, is onder ander een prachtig gewelfde wapenzaal te bewonderen, enorme open haarden, een Renaissance trap, en een kapel met daarin een wit marmeren Merovingisch sarcofaag, in 1988 ontdekt in Arpajon-sur-Cère.
In het romantische park rond het kasteel, waar heerlijk gewandeld kan worden, zijn vele geurige planten en opmerkelijke bomen te vinden: een tulpenboom, ceders, en zelfs een eeuwenoude beuk!
Het kasteel is enkel te bezoeken met gids. Elke dag rondleidingen van 14u tot 18u, van 1 juli tot 10 september van 14u30 tot 18u30. Het park is open Pasen tot Allerheiligen (10.00 - 19.00 uur). Toegangsprijs voor het park, gereserveerd voor bezoekers van het kasteel. Inkomprijs: 5,30 euro/persoon.

Vanaf hier is het nog ongeveer 25 km genieten van het weidse, licht heuvelende landschap tot aan de vakantiewoning.

Het landschap is zeer afwisselend: van bosgebied tot uitgestrekte vergezichten, kleine dorpen, bergen en kronkelende rivieren. Je rijdt voornamelijk op smalle wegen die zich door het landschap slingeren met hier en daar haarspeldbochten. De banen zijn bovendien in uitstekende staat zijn. Deze streek is vooral gekend om zijn natuur en mooie groene bergen. Deze rondrit krijgt dan ook 5 sterren.