De trip kan je starten op de parking van het winkelcentrum La Madeleine net buiten Chartres. Er is een tankstation en je kan voor vertrek nog even genieten van een koffie of iets knabbelen.
Vanaf Saint-Prest volg je de oevers van de Eure. De Eure is 225 km lang en ontspringt in Marchainville (departement Orne) en voegt zich bij de Seine in Pont-de-l'Arche (nabij Rouen).
In St-Piat verlaat je de D6 om niet veel verder het Aqueduc de Maintenon te passeren. Het aquaduct is een onvoltooid bouwwerk, gelegen op het domein van het kasteel van Maintenon in de vallei van de Eure. Het was een essentieel onderdeel van het Canal de l'Eure met als doel het paleis van Versailles van water te voorzien. Koning Lodewijk XIV gaf hiervoor de opdracht. Het aquaduct zou maximaal 70 meter hoog worden, gemeten vanaf de valleibodem. De plannen gingen uit van drie bogen boven elkaar om dit te bereiken. In 1686 begon men met de bouw, twee jaar eerder was men al begonnen met het graven van het kanaal. In 1688 stopten de werkzaamheden vanwege de oorlog en de hoge kosten. Alleen de onderste bogenrij was gereed en het werk bleef onafgemaakt staan. Het aquaduct is geklasseerd als historisch monument.

Het kasteel van Maintenon is een elegant renaissancegebouw. Lodewijk XIV schonk dit slot aan een jonge weduwe, de 25-jarige Madame de Maintenon, die de gouvernante van zijn kinderen werd, daarna zijn (officieuze) maîtresse en uiteindelijk zijn (geheime) echtgenote.
Door de eeuwen heen heeft het Château de Maintenon vele transformaties ondergaan. Het defensieve karakter van het primitieve versterkte kasteel werd definitief uitgewist ten gunste van de comfortabele en moderne adellijke residentie. De belangrijkste wijzigingen werden in de 16de en 17de eeuw aangebracht. In de 19de eeuw werden de gevels van de grote binnenplaats gewijzigd. Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd het landgoed zwaar beschadigd. De daaropvolgende jaren werd het grondig gerestaureerd en het is nu open voor het publiek.

Je volgt nu verder de loop van de Eure naar Nogent-le-Roi. Deze plaats heeft zijn naam te danken aan het feit dat de koningen Filips II en Lodewijk IX hier achtereenvolgens een kasteel bezaten. Het stadje heeft heel wat getuigenissen van zijn verleden bewaard, zoals de typische huizen met houten muren die zich groeperen rond de charmante kerk. Gelegen aan de oevers van de rivier Roulebois, mag de Saint-Sulpicekerk uit de 15de en 16de eeuw prat gaan op haar schitterende glas-in-loodramen. De kerk is gebouwd op een oud heiligdom uit de 11de eeuw waarvan er geen overblijfselen meer zijn, en was verbonden met het versterkte kasteel. Het monument is echter nooit afgemaakt. Het schip aan de hoofdstraat is nooit gebouwd, vandaar de gevel waarop de ornamenten ontbreken. Door een eenvoudige deur kom je direct in het koor en de kooromgang waardoor het geheel een vreemd gevoel van onbalans krijgt. Het interieur is rijkelijk versierd met glas-in-loodramen, maar ook houten cenotaven en altaarstukken en een 18de-eeuws koortraliewerk.

Opgelet: bij het verlaten van het centrum geeft TomTom een fout. Je moet de hoofdweg links blijven volgen.

De Eure stroomt door en langs een hele reeks dorpen, om zich bij Mézières-Ecluzelles tot een meer te verbreden. Hier is een groot watersportcentrum.
Rijd daarna verder naar Dreux. De naam van deze oude stad is afgeleid van de Durocasses, een Gallische stam. In Dreux kan je de Chapalle Royale bekijken, hoog op de heuvel. Het is een prachtig monument, midden in een groen park. De kapel, gebouwd in 1816 op de plaats van het voormalige fort, herbergt de graven van de familie Bourbon-Orléans. Het eerste gebouw in neoklassieke stijl gebouwd door de hertogin van Orléans, werd later vergroot in neogotische stijl. Vanaf 1830 werd de kapel de necropolis van het Maison de France met alomtegenwoordige sculpturen, liggende marmeren figuren, allegorische bas-reliëfs en een volledig gebeeldhouwd gewelf. De Manufacture Royale de Sèvres leverde hier prachtige beschilderde en geëmailleerde glas-in-loodramen geïnspireerd op religieuze of historische composities zoals 'het leven van Saint-Louis', patroonheilige van de koninklijke kapel.
In de crypte van deze neogotische kapel uit de 19de eeuw vind je de graftomben van Lodewijk Filips I, de laatste Franse koning, en van de laatste koninklijke afstammelingen uit het Huis Orléans.

Je verlaat de stad en je volgt de D928, die als een holle weg tussen muren van groen door het schitterende Fôret de Dreux loopt. Je komt hier weinig bochten tegen, wat uitnodigt tot gasgeven, maar zorg dat je de maximum snelheid van 80 km/u niet overschrijdt en pas op voor overstekende dieren!

Je komt in Anet, waar een kasteel uit 1547 staat. Het werd gebouwd in opdracht van Diana van Poitiers, ook een weduwe, koninklijke geliefde en regentes, maar dit keer aan het hof van koning Hendrik II. Het kasteel is in particuliere handen en alleen toegankelijk als je een rondleiding aanvraagt. De naastgelegen grafkapel van Diana is wel open voor publiek. Haar stoffelijke resten, die tijdens de Franse Revolutie waren verwijderd, zijn teruggeplaatst in de originele graftombe van zwart en wit marmer.

Steek de Eure over net voor het binnenrijden van Ézy-sur-Eure. In restaurant Le Black Bird, een Engelse pub, kan je genieten van een overvloedig lunchbuffet.
Je neemt vervolgens richting Marcilly, waar je het rivierdal verlaat om westwaarts naar het gehucht Le Brémein te rijden. Kijk op het laatste stuk goed uit, want voor La Madeleine-de-Nonancourt ligt een verrassende haarspeldbocht na een lang stuk rechte weg.

In Tillières volg je de loop van een andere rivier, de Avre, die de traditionele grens met Normandië vormt. Je kan rustig door een prachtig groen dal naar Verneuil-sur-Avre rijden, een middeleeuwse vestingstad die de oude route naar Normandië bewaakte. De omgeving doet hier al aan het Normandische coulisselandschap denken.

Verneuil is echt een omweg waard. De stad werd in 1150 door een van de zonen van Willem de Veroveraar gebouwd en heeft veel karakter: oude stadswallen, nog versterkt door een gracht, een donjon, mooie middeleeuwse huizen en de grote Place de la Madeleine, waar de kerk nietig afsteekt bij een buitenproportionele klokkentoren in flamboyant gotische stijl. De 56 m hoge toren, die in de wijde omtrek zichtbaar is, is het symbool van de stad geworden. De kerk is gewijd aan de heilige Maria Magdalena. De bouw begon aan het begin van de 12de eeuw, tegelijk met de stichting en ontwikkeling van de stad. De toren werd gebouwd aan het einde van de 15de eeuw, maar het gebrek aan middelen onderbrak de bouw gedurende 30 jaar. Het was dankzij de vrijgevigheid van de bisschop van Senlis, Artus Fillon, een inwoner van Verneuil, dat het bouwwerk rond 1525 voltooid was.
In Brasserie de la Place of in Pub de la Madeleine, met zicht op de kathedraal kan je op het terras genieten van een verfrissend drankje of een lekkere koffie.

Verlaat Verneuil-sur-Avre in zuidelijke richting. Je rijdt nu een heel ander landschap binnen. De weg loopt 15 km kaarsrecht tussen de velden door, zonder een enkele bocht, om te eindigen in La Ferté-Vidame.
Daar zie je meteen de toegangsweg naar een imposante kasteelruïne. Het slot is gebouwd op de restanten van een middeleeuws fort en was het leengoed van de hoveling Louis de Rouvroy, hertog van Saint-Simon en auteur van het beroemde werk 'Mémoires', over het dagelijks leven aan het hof van Lodewijk XIV. In de 18de eeuw werd het kasteel grondig verbouwd (het schijnt daarna 167 kamers te hebben gehad), maar tijdens de Franse Revolutie werd het verwoest. Wat rest is de kolossale gevel en het park van ruim 900 ha (gratis toegang).

Als je naar Senonches rijdt, zie je het landschap opnieuw veranderen. Je komt nu in een van de mooiste bossen van de Perche en de weg loopt slingerend langs verleidelijke meren (Étang d'Haron, Étang de la Banette, Étang de Tardais).

Neem voorbij Senonches de weg die verder door het bos loopt richting Pontgouin en volg de borden naar de Écluses de Boizard. Na nog een stukje door het bos kom je bij een oud stuwmeer en een verlaten stuwdam uit de tijd van Lodewijk XIV. De zonnekoning had de rivier willen kanaliseren om Versailles, 100 km verderop, van water te voorzien.
Een eindje verder kan je een bezoek brengen aan het enorme domein van het Château de la Rivière. Het is een elegant ensemble uit het begin van de 17de eeuw dat gedurende vier eeuwen weinig is gewijzigd. Het hoofdgedeelte van het kasteel werd voltooid in 1628, de bijgebouwen in 1629. De architectuur is eenvoudig en harmonieus, met gebruik van lokale materialen uit Grison. Het kasteel is in de lengte gebouwd, waarbij de meeste kamers door licht worden doorkruist. De bijgebouwen zijn U-vormig en sluiten de binnenplaats voor het kasteel af. Het geheel is omgeven door een netwerk van kanalen en grachten die uitmonden in de Eure die tussen het kasteel en het stervormige park loopt. Tijdens de Tweede Wereldoorlog was hier een school voor jonge meisjes gevestigd. Tussen 1954 en 2009 was het eigendom van een bekende familie in filmproductie en -distributie. Veel filmpersoonlijkheden kwamen er vaak, zoals Michel Audiard, Jean Gabin en Lino Ventura.

Via Pontgouin en Courville keer je terug naar Chartres dat op een rotsplateau is gebouwd. De binnenstad is verkeersvrij. Je parkeert de motor op één van de parkings die op wandelafstand van het centrum liggen.
De kathedraal Notre-Dame de Chartres is een monument van gotische architectuur en wordt traditioneel beschouwd als een van de best bewaarde kathedralen van deze stijl vanwege de sculpturen, glas-in-loodramen en betegeling. Ze werd aan het begin van de 13de eeuw gebouwd, gedurende 30 jaar, op de ruïnes van een eerdere romaanse kathedraal, die zelf tijdens een brand in 1194 werd verwoest. Met een relikwie van de sluier van de Maagd Maria is het een groot Maria-bedevaartsoord. De kathedraal domineert de stad Chartres en de vlakte van Beauce en is te zien vanop meer dan 10 kilometer afstand. Het gebouw is geclassificeerd als historisch monument op de lijst van 1862. Bovendien is het een van de eerste monumenten die in 1979 door de UNESCO op de Werelderfgoedlijst zijn geplaatst.
Vanuit de tuinen van het voormalig bisschoppelijk paleis heb je een mooi uitzicht op de Eure, die door de stad naar het noorden stroomt.

Even nagenieten van deze rit kan je in Restaurant Le Pichet 3. Het ligt vlak bij de kathedraal. Het restaurant omvat drie huizen uit verschillende periodes: een van de Wereldtentoonstelling van 1900 in Parijs, een andere uit de middeleeuwen en een recentere.
Net buiten Chartres op de parking van het winkelcentrum La Madeleine ligt het eindpunt van deze mooie route.