Sommige D-wegen lijken gewoon gemaakt om jou en je motor in de ideale lijn van en naar je bestemming te brengen, wat je onderweg tegenkomt is altijd een verrassing. Een plots opdoemend kasteel, een van de laatste baileybruggen met ratelende planken of een slapende klassieker onder de brandnetels en de bramen. Het is bij deze routes bijna altijd mogelijk om de grote steden te vermijden en lekker door te tuffen door de kleinere stadjes en dorpen.

Dit is de eerste van drie aanrijroutes naar het Westen van Frankrijk. en kan gebruikt worden als start route voor een van de andere routes in dit gebied zoals ze beschreven zijn in de Motortoergidsen deel 1 en 2.

Fraai door het platteland toeren naar de Franse westkust of richting lle d'Oléron. Mooi om alle grote steden heen rijden over alleen maar D-wegen die goed opschieten. Ideaal! Met deze route ga je van het Loire-gebied naar de streek Charente net boven Bordeaux. Vanaf het eindpunt Ruffec kun je er voor kiezen verder te rijden naar de kust onder Bordeaux, of naar Baskenland of je kan er ook overnachten.

Het vertrekpunt is in Jargeau, je houdt de D921 aan door Marcilly-en-Villette naar La Ferté-St.-Aubin, hier neem je de D922 richting La Ferté-Beauharnais, hierna rij je over de D922 door een mooi landschap met tientallen kleine meren naar de rondweg van Romorantin-Lanthenay. Liefhebbers kunnen in deze stad even stoppen om de benen te strekken en het Museum van het automerk Matra bezoeken. Matra is de grootste werkgever in deze stad en heeft een rijke race geschiedenis maar is ook de ontwerper van de Renault ruimtewagens.

Wil je doorrijden blijf dan op de rondweg, dat scheelt veel tijd. Neem de D724 en ga er net na het vliegveld weer af richting Chabris, waar we rivier de Indre oversteken. Dan door naar Valençay voor de lunch. De stad heeft ook een mooi kasteel Château de Valençay met zijn kasteeltuinen en een auto museum, beide zijn zeker de moeite waard is om te bezoeken.

De snelste weg naar de Westkust is via de D8 naar Eceuillé en daarna de D975 tot het plaatsje Lureuil. Onderweg kom je nog door het schilderachtige Châtillon-sur-Indre. Oostelijk van Lureuil ligt het tweede merengebied van deze route Het Regionaal natuurpark van de Brenne is bekend door de vele aangelegde visvijvers. Het gebied kreeg hierdoor de naam "land van de duizend meren" en beslaat 1.672 km² en omvat rond de 1200 meren. Dit moerassige gebied is een van de grootste binnenlandse “wetlands“ van Europa en is een schatkamer voor natuurliefhebbers. Door dit gebied lopen voldoende kleine D-weggetjes die er dwars doorheen slingeren en in de plaatsjes zijn zelfs diverse campings mocht je er wat langer willen rijden en overnachten.

Ik heb voor deze review niet de snelle route genomen, maar de D48C, D43, D17 die ons door het natuurpark over mooiere wegen via Paulnay, St Michel-en-Brenne en Le Blanc. Vanaf Le Blanc rijden we verder via de D951 naar Chauvigné waar we weer op de originele route komen. Via de D2 en D1 vervolgen we de rit naar het eindpunt in Ruffec.